tijgerpython
Ontmoet deze reuzenslang live in onze dierentuin in het dikhuidenverblijf Taman Indah. In dit dierdossier lees je meer over deze spannende reptielen.
Spreekbeurt over slangen?
Voor kinderen die een spreekbeurt over slangen doen, is er een coole spreekbeurtkist om de spreekbeurt nog leuker te maken. Dit is geen kant en klare spreekbeurt, maar bevat informatie, fotomateriaal en voorwerpen om te laten zien zoals bv. voedsel, stukjes huid, bot. Klik hier voor meer info en reserveren >
- Latijnse naam
- Python molurus
- Ik ben een
- reptiel
- Gewicht
- zo’n 60 tot 100 kilo
- Lengte (max)
- ongeveer 6 tot 8 meter
- Maximale leeftijd (wild)
- ongeveer 50 jaar
- Zwanger
- ongeveer 60 dagen
- Aantal jongen per keer
- 8 tot 60
- Volwassen met
- ongeveer 2 tot 3 jaar
- Voedsel in het wild
- levende, liefst kleine dieren als knaagdieren, civetkatten, kleine herten, wilde zwijnen, vleermuizen en vogels
- Let op:
- Alle getallen zijn gemiddelden van metingen in het wild.
- Bedreigingsniveau
-
NietBijna bedreigdBedreigdZeer bedreigd
10 soorten
8-60 eieren
6-8 meter
Nieuwe jas

Het lijf van slangen blijft altijd groeien. Zijn velletje niet. Daarom vervellen slangen eens in de zoveel tijd: Zelfs het velletje van de ogen! De slang krijgt doffe ogen en een doffe huid en na een tijdje begint hij met zijn kop langs allerlei takken en stenen te schuren. Bij de neus gaat het vel het eerst los zitten en dan trekt hij het helemaal binnenstebuiten uit. elfs de ogen vervellen mee. De slang staat nu niet in zijn blootje hoor, want de nieuwe huid zit er al onder, mooi en glanzend! In de tijd dat de slangen vervellen, eten ze niet.
Gevlekt

Op de huid zie je allemaal vlekken. Dat is de camouflage van de python. Je zult hem op een afstandje hem echt niet zien tussen de blaadjes. Op zijn kop loopt een streep waardoor het zelfs net een blad lijkt met nerf en al. Een slangenhuid is niet glibberig of slijmerig. Het is droog!
Ruiken met tong

De slang heeft, net als meer reptielen, een tong die uitloopt in twee puntjes. Dat noemen we gevorkt. Met de tong haalt de slang allemaal geurtjes naar binnen. Hij stopt de twee punten van de tong, met geurtjes en al, in zijn bek in twee gaatjes die in zijn gehemelte zitten…In die gaatjes zit het orgaan van Jacobson. Daar uikt hij mee…bij ons zit de reuk in onze neusgaten. De tijgerpython kan heel goed ruiken.
Wurgslang

De tijgerpython is een wurgslang. Hij in niet giftig. Hij pakt zijn prooi met zijn tanden en slaat gelijk een lus van zijn stevig gespierde lijf om de prooi. Iedere keer dat de prooi uitademt trekt hij de lus(sen) strakker aan. Al heel snel is de prooi dood door ademgebrek. Dan werkt hij de prooi naar binnen. Hij kan zijn kaken losmaken waardoor hij ook hele grote prooien naar binnen kan werken.
bedreiging

De tijgerpython heeft alleen de mens als vijand. Deze diersoort behoort tot de zwaar beschermde dieren, maar er worden nog steeds slangen doodgemaakt door stropers om van hun huid allerlei dingen te maken als tassen, kleding en schoenen. Er zijn helaas nog steeds mensen die deze spullen kopen! Hun vlees wordt verkocht als voedsel.
Het leefgebied van de tijgerpython wordt steeds kleiner omdat er steeds meer mensen leven. Er komen ook steeds meer plekken waar de python niet meer door kan om bijvoorbeeld een vrouwtje of mannetje te zoeken om weer kleine pythons te krijgen. Het is niet goed als pythons alleen nog maar met hun eigen broer of zus kunnen paren. Op een gegeven moment krijg je dan hele ongezonde jongen.
Waar woont de tijgerpython
De tijgerpython leeft op de bodem van bossen in Birma en het Indo-Australisch gebied. Overdag ligt het dier vaak verscholen onder de beschutting van bv een stuk schors.
Natuurlijk zie je ook overdag wel eens slangen voorbij komen, maar vaak omdat ze verstoord zijn. Als hij nog warm is van het zonnetje of de warmte van de dag, gaat hij in de schemering op jacht, maar bij warme nachten kan hij veel langer doorjagen.





tijgerpythons in Blijdorp
De tijgerpythons zijn te vinden in Taman Indah tegenover de olifanten. Ze kunnen daar op de bodem liggen, of in het water (wat ze in het wild ook weleens doen) en ze kunnen naar boven klimmen om ergens op een richel te liggen.