Iedereen kent de zwart met witte reuzenpanda wel, maar de kleine panda is minder bekend. Kleine panda’s worden ook wel rode panda’s of kleine katberen genoemd. Ze zijn ongeveer zo groot als een huiskat. Maar zijn beide panda’s nu familie van elkaar? Nee, de reuzenpanda hoort bij de familie van de beren en de kleine panda bij de familie van de wasberen.

Panda’s slapen in de zomer meest overdag, ineengerold op zijn zij in een vork van takken of in een boomholte. De dikke staart slaat hij als een warme deken over zijn kop en lijf of hij gebruikt hem als een zacht kussentje. Ze bewegen niet graag in de warmte. In de schemering en nacht zijn ze bezig met bijvoorbeeld het zoeken van voedsel. Dan vind je hen even vaak op de grond als in bomen. In de winter is deze diersoort actiever en ook meer overdag in de weer.

Kleine panda’s eten veel bamboe. Net als de reuzenpanda. Bamboe is een heel grote riet-soort. Vooral de jonge blaadjes vinden de panda's erg lekker. Maar ook vruchten, gras, eikels en beukennootjes worden gegeten. Een enkele keer eten ze ook muizen, vogels en vogeleieren. Ze drinken door water van hun poten af te likken.
In de zomer gaat de panda pas eten zoeken als het donker is. Het liefst de hele nacht door. In de winter zoeken ze ook overdag naar voedsel.

Er wordt van alles gedaan om de kleine panda te beschermen. Ook Diergaarde Blijdorp doet daar goed aan mee. Niet alleen in de dierentuin, maar ook in het wild. Blijdorp coördineert het EEP (Europese fokprogramma). Sinds 2012 coördineert Diergaarde Blijdorp ook het wereldwijde fokprogramma voor kleine panda’s.
Bij het fokprogramma hoort een wereldstamboek, waarin alle kleine panda’s in dierentuinen van de hele wereld staan. Zo kan de coördinator (beheerder) precies zien welke panda’s familie van elkaar zijn, dus niet bij elkaar in de zelfde dierentuin moeten worden geplaatst.